Smit en Bolnes
Motorenfabriek Smit en Bolnes, de fabriek in Zierikzee, waar Joop zijn loopbaan begon, hij kon er blijven nadat hij er stage had gelopen voor het praktijkjaar van de MTS.
Vanmorgen stond er een stukje in de krant en omdat ik vind dat dat zo bij ons leven hoort plaats ik het hier. Joop is er vanmorgen bij wezen kijken, het is niet de motor waar hij aan gewerkt heeft, maar wel zoiets en dan kom je natuurlijk ook weer een hoop oud collega's tegen.
De scheepsmotor in kwestie werd in 1952 door de machinefabriek van Leen Smit & Zn. in Kinderdijk gebouwd volgens de principes van de Bolnes dieselmotor. En het is, stelt Legemaate, de basis geweest voor de later door motorenfabriek Smit Bolnes ontwikkelde scheepsmotoren. De motor deed tot 1960 dienst als proefmotor in Kinderdijk. Daarna werd het gevaarte overgedragen aan de Technische Universiteit (TU) die de motor gebruikte als studieobject. In 1998 werd de ééncilinder diesel - samen met andere oude motoren - afgestaan aan museum Industrion in Kerkrade, waar hij ’ontdekt’ werd door Legemaate. Ik zag hem onder een zeildoekje daar staan en ik wist het meteen: dit is een ’Bolnesje’. Met hulp van mede oud-werknemers van de motorenfabriek werd het ’bolnesje’ (vier meter hoog, dertig ton zwaar) naar Schouwen-Duiveland vervoerd. Na een tijdelijk verblijf op het terrein van Noordhoek Diving in Zierikzee en een wintertje in een loods van Verhulst in Zonnemaire kwam het gevaarte uiteindelijk terecht in de Stads- en Commerciewerf in Zierikzee. De vrijwilligers herinneren zich de eerste aanblik van de vergeten scheepsmotor nog goed. Het was één bonk troep“, blikt oud Smit Bolnes-medewerker J. Bolkenbaas terug. Het allereerste werk was dan ook om alle vettigheid, smeer en andere troep doortastend maar voorzichtig af te bikken. Een weerbarstige klus, zo bleek in de praktijk. Daarna kwam het demonteren van de motor. Geen sinecure, want de tand des tijds had aardig toegeslagen. Zo bleek
de zuiger - met een doorsnee van bijna dertig centimeter - compleet vastgeroest in de cilindervoering. Voor de meeste onderdelen was het vooral een kwestie van afbikken, schoonmaken met de staalborstel, schuren en schilderen.
Meters aan schuurpapier zijn er door de vrijwillige restaurateurs doorgejast. Nadat alle onderdelen onder handen waren genomen, kon de wederopbouw van de scheepsmotor beginnen. Dat vond ik het leukste van het karwei: het weer opbouwen“, bekent vrijwilliger H. Tromper. Voor het zware tilwerk werden hulpmiddelen gebruikt en dat was geen overbodige luxe. Het vliegwiel alleen al weegt 2200 kilo en de krukas twee ton. Om de bezoekers van de Stads- en Commerciewerf enig inzicht te geven in de werking van de scheepsmotor, is het blok opengewerkt. Tegen inworp van een twee-euromunstuk ’draait’ de motor enkele minuten in een zeer laag toerental. De motor echt weer op diesel laten lopen is geen optie. Dat geeft enorm veel trilling“, stelt Legemaate. De kademuren hier zouden niet tegen dat geweld bestand zijn. Ik denk dat half Zierikzee in no time op de stoep zou staan om te klagen over de geluids- en trillingsoverlast. Als die zuiger op een neer gaat, is het net een heiblok.“ Om het plaatje toch helemaal compleet te krijgen, wordt gewerkt aan het omzetten van een destijds in Kinderdijk gemaakte geluidsopname op cd of dvd.
Vandaag kunnen belangstellenden van 10.30 tot 15.30 uur een kijkje komen in de werkplaats van de Werkgroep Smit Bolnes, in de Stads- en Commerciewerf aan de Vissersdijk in Zierikzee.
Enkele jaren geleden was het nog een bonk troep onder een zeiltje, maar dankzij veel vrijwilligerswerk van twaalf oud-motorenfabrieksarbeiders loopt hij nu weer piekfijn.
foto Dirk-Jan Gjeltema
Geen reacties